Vanaf 2019 verdeelt het ministerie het budget voor onderwijsachterstanden op basis van de CBS-indicator. Eind juli publiceerde het CBS verklarende tabellen bij de achterstandsscores.
In juni schreven wij al dat de achterstandsscores gevolgen hebben voor de bekostiging. Dat geldt zowel voor de gemeenten als voor de basisscholen. Gemeenten ontvangen budget voor de voorschoolse educatie. Scholen krijgen middelen voor de vroegschoolse educatie. In overleg zorgen zij voor een doorlopende leerlijn van voorschoolse naar vroegschoolse educatie.
Peildata
Voor de bepaling van de achterstandsscores maakt het ministerie van OCW gebruik van de CBS-indicator. Als peildata hanteert het CBS 1 januari 2024 en 1 januari 2025. In de tabellen per gemeente zijn de scores op die peildata zichtbaar, met het gemiddelde over die data. Het gemiddelde is bepalend voor de budgetten in 2026.
Voorbehoud daarbij is dat de gemeentelijk indeling voor volgend jaar nog niet vaststaat. Een herindeling kan nog gevolgen hebben voor de hoogte van de subsidie. Dat is voor scholen van belang, omdat schoolbesturen nauw samenwerken met gemeenten bij het bestrijden van onderwijsachterstanden. De voorlopige achterstandsscores zijn te vinden op de website van het CBS: Achterstandsscores gemeenten voor peuters en basisschoolleerlingen.