Een van de koersdoelen van VOS/ABB is kansengelijkheid. Vroege selectie draagt daar volgens ons niet aan bij. Het zojuist gepubliceerde rapport van de SPV onderschrijft het belang van later selecteren voor gelijke kansen. Lees er hier meer over. 

In 2014 beloofde de toenmalige staatssecretaris van OCW de Tweede Kamer om vóór eind 2025 een update te geven over de verkenning naar toekomstbestendige vmbo-profielen. Om die reden heeft huidige staatssecretaris Koen Becking een aantal onderzoeksrapporten met begeleidend schrijven gepubliceerd. 

Niet langer, maar passend  
Een van die onderzoeken, dat van Stichting Platforms Vmbo (SPV), gaat over het nut en de noodzaak het vmbo te verlengen tot 5 jaar. De SPV concludeert dat er geen wetenschappelijk bewijs is dat verlenging van het vmbo-onderwijs leidt tot hogere leeropbrengsten, kleinere achterstanden in basisvaardigheden, een lagere kansenongelijkheid of minder uitval in het mbo. Dat kan wel bereikt worden met maatwerk en flexibiliteit, als voorwaarden voor een doorlopende leerroute.  

Latere selectie, gelijkere kansen  

De onderzoekers noemen bovendien de vroege selectie in de overgang van PO naar VO als een belangrijkere oorzaak voor ongelijkheid dan de lengte van het onderwijs. Immers, als leerlingen eenmaal op het vmbo belanden, hebben ze minder kansen dan wanneer ze op havo of vwo terechtkomen. VOS/ABB pleit al langer voor latere selectie in de overgang van het primair naar het voortgezet onderwijs. Want pas als er op een eerlijker moment geselecteerd wordt, maken leerlingen daadwerkelijk kans om hun basisvaardigheden te verbeteren en hun diploma te halen.  

Lees ook: Kansengelijkheid, daar past geen vroege selectie bij 

Deel dit bericht: