Scholen moeten niet alleen aandacht hebben voor eventuele leerachterstanden die het gevolg zijn van de coronacrisis, maar vooral ook voor sociale en emotionele achterstanden. Dat benadrukt de Amsterdamse hoogleraar neuropsychologie Jelle Jolles in een interview met Het Nieuwsblad.

Jolles zegt tegen de Vlaamse krant dat hij zich zorgen maakt over de ontwikkeling van alle kinderen, en dan met name van leerlingen in het voortgezet onderwijs, omdat dat ook in België nog steeds maar deels is opgestart.  Hij wijst er in dit kader op dat de ontwikkeling van het brein bij tieners mogelijk is dankzij prikkels uit de omgeving.

‘Als tieners naar school gaan, sporten of gewoon op een bankje zitten met een groep vrienden, dan komt er informatie binnen over wat er om hen heen gebeurt, over wat een vriendin zegt en wat een vriend bedoelt. Die zaken veranderen het brein en dragen bij tot de ontwikkeling. Die sociale en emotionele prikkels zijn al enkele maanden weggevallen, en dus vlakt de ontwikkeling af.’

‘En met de zomervakantie die eraan komt, gaat het dus over een heel lange periode waarbij het brein minder interactie heeft. Maar dat blijkt net essentieel te zijn voor de rijping van het brein. Ik ben daarom erg bezorgd voor alle kinderen, omdat ze onvoldoende gestimuleerd worden. Dat is nadelig voor hun ontplooiing als mens en voor hun hele ontwikkeling’, aldus Jolles.

Rouwen

Op de vraag of het nog goed komt, antwoordt hij dat dit afhangt van de manier waarop onder meer scholen hiermee omgaan. ‘Sommige leerkrachten zullen vooral focussen op de leerachterstand. Maar ook aan de sociale en emotionele achterstand moet iets gedaan worden. En dus moeten leerlingen de tijd krijgen om met elkaar te spreken. Ze moeten de kans krijgen om zich te leren uitdrukken, vertellen wat ze hebben meegemaakt en hoe ze deze periode ervaren hebben.’

Dit is volgens Jolles niet alleen belangrijk op de eerste schooldag, maar ook in de weken daarna. ‘Kinderen moeten kunnen rouwen en deze periode een plaats geven.’

Lees meer…

Deel dit bericht: