VOS/ABB krijgt geregeld vragen over de signaleringswaarde die de Inspectie van het Onderwijs gebruikt om  mogelijk bovenmatig publiek eigen vermogen te detecteren. Onze financieel expert Ron van der Raaij kan schoolbesturen en samenwerkingsverbanden die bij VOS/ABB zijn aangesloten hierover adviseren.

In een brief aan de Tweede Kamer gaan de onderwijsministers Ingrid van Engelshoven en Arie Slob in op de nieuwe signaleringswaarde. Zij leggen uit de inspectie twee verschillende formules heeft ontwikkeld voor de berekening van het publieke eigen vermogen van een schoolbestuur respectievelijk samenwerkingsverband. Eventueel privaat vermogen valt er dus buiten. Het is nadrukkelijk een indicator op basis waarvan de inspectie het gesprek aangaat. ‘Een bestuur kan immers goede redenen hebben om tijdelijk meer eigen vermogen aan te houden’, aldus de ministers.

Als uit het gesprek blijkt dat er een goede onderbouwing is voor de hogere reserve, controleert de inspectie of en hoe het geld uiteindelijk wordt besteed. Als een goede onderbouwing ontbreekt, zal de inspectie vragen hoe het bestuur het eigen vermogen gaat afbouwen. Daar gaat de inspectie dan ook op toezien.

Vanaf verslagjaar 2020 moeten schoolbesturen en samenwerkingsverbanden zich over de hoogte van hun reserves verantwoorden in het jaarverslag. Dat moet aan de hand van de signaleringswaarde.

Rekentools

De Inspectie van het Onderwijs heeft twee tools ontwikkeld waarmee schoolbesturen respectievelijk samenwerkingsverbanden zelf de signaleringswaarde kunnen berekenen.  Op de website van de inspectie staat meer informatie over de rekentools.

Als u vragen heeft over de signaleringswaarde van de inspectie en de rekentools, kunt u contact opnemen met Ron van der Raaij of met de Onderwijsjuristen van VOS/ABB:

Deel dit bericht: