Een lid van een raad van toezicht verricht niet zelfstandig economische activiteiten en is dus geen btw-ondernemer. Dat is de strekking van een recent arrest van het Europese Hof van Justitie.

Financieel expert Ron van der Raaij van VOS/ABB verbindt aan het arrest de volgende conclusies:

  • Het arrest kan consequenties hebben voor de verplichte heffing van btw voor de betaalde vergoeding van raden van toezicht in het onderwijs.
  • Het arrest betreft een lid van een raad van commissarissen; dit kan wat toepassing betreft worden gelijkgesteld aan lid van een raad van toezicht in het onderwijs;
  • Indien er sprake is van gelijke omstandigheden, zoals verwoord in het oordeel van het Europese Hof van Justitie, is er géén btw verschuldigd.

    Die omstandigheden zijn:

    – RvT-lid handelt noch in eigen naam, noch voor eigen rekening, noch onder eigen verantwoordelijkheid

    – RvT-lid draagt geen enkel economisch bedrijfsrisico en ontvangt een vaste vergoeding (onafhankelijk van deelname aan vergaderingen of gewerkte uren).

  • Indien sprake is van meerdere toezichthoudende functies, kan de Belastingdienst tot een ander oordeel komen.
  • Let wel: er is uiteraard wél btw verschuldigd als de toezichthouder doelbewust en daadwerkelijk optreedt als ondernemer en vanuit die invulling btw in rekening moet brengen.  Dan is ook de eventuele voordruk verrekenbaar.

Lees het arrest van het Europese Hof van Justitie.

Informatie: Ron van der Raaij, 06-53733449, rvanderraaij@vosabb.nl

Deel dit bericht: