Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Haarlem heeft het openbaar primair en speciaal onderwijs niet bevoordeeld ten opzichte van het bijzonder onderwijs. Dat oordeelt het college van Gedeputeerde Staten van de provincie Noord-Holland in twee beroepsprocedures die door een aantal stichtingen voor bijzonder onderwijs waren aangespannen. 

Artikel 23 van de Grondwet (zevende lid) bepaalt dat het algemeen vormend bijzonder onderwijs naar dezelfde maatstaf als het openbaar onderwijs wordt bekostigd. In de Wet op het primair onderwijs (WPO) is dit principe uitgewerkt in de zogenoemde overschrijdingsregeling.

Twee stichtingen voor rooms-katholiek onderwijs, eveneens twee stichtingen voor antroposofisch onderwijs en een stichting voor protestants-christelijk onderwijs baseerden zich op deze regeling voor een claim bij de gemeente Haarlem. Zij stelden dat de gemeente meer geld had uitgegeven aan het openbaar onderwijs dan daar aan rijksbijdragen voor was ontvangen. Het ging volgens de stichtingen om overschrijdingen van 3,3 procent voor het primair onderwijs en 1,01 procent voor het speciaal onderwijs.

De gemeente Haarlem bestreed dat er sprake was van bevoordeling van het openbaar onderwijs en wees de claim af. Er volgden twee beroepsprocedures, waarin het college van Gedeputeerde Staten van Noord-Holland de gemeente Haarlem in het gelijk heeft gesteld. Er is volgens GS inderdaad geen sprake van bevoordeling van het openbaar onderwijs, omdat in de onderhavige gevallen geen sprake was van de voor de afrekening vereiste termijn van vijf kalenderjaren.

Bovendien blijkt volgens Gedeputeerde Staten uit de cijfers in voldoende mate dat sprake is van een gesloten systeem van baten en lasten die verband houden met de rijksvergoeding en de mutaties in het vermogen van het openbaar onderwijs. Daarmee kunnen de baten en lasten worden aangemerkt als in lijn met de WPO.

Verder sluit het saldo van de dotaties en de onttrekkingen aan het eigen vermogen aan bij het saldo eigen vermogen in de gemeentelijke jaarrekening, waarmee volgens GS wordt voldaan aan wat de wetgever met artikel 144, tweede lid, WPO heeft beoogd.

VOS/ABB heeft de gemeente Haarlem in deze zaak bijgestaan.

Informatie: Helpdesk, 0348-405250 van 08.30 tot 12.30 uur, helpdesk@vosabb.nl

Deel dit bericht: