Met goed strategisch personeelsbeleid kunnen scholen de uitstroom van personeel beperken en de instroom bevorderen. Dat benadrukt staatssecretaris Mariëlle Paul van OCW in antwoord op Kamervragen.
De Tweede Kamerleden Sandra Beckerman en Jimmy Dijk van de SP hadden vragen gesteld over de stille reserves in het primair en voortgezet onderwijs. Hiermee worden de mensen bedoeld die in het onderwijs kunnen werken, maar dat nu niet doen.
Uit onderzoek van het Researchcentrum voor Onderwijs en Arbeidsmarkt (ROA) en Maastricht Universiteit kwam naar voren dat de stille reserves in het primair en voortgezet onderwijs een omvang hebben van in totaal 62.000 mensen. Als een op de vijf van hen weer in het onderwijs zou gaan werken, kan het personeelstekort in het funderend onderwijs in één klap worden opgelost. Hierover verscheen in februari 2024 dit artikel in het economievakblad ESB.
Krappe arbeidsmarkt
De staatssecretaris stelt dat de stille reserves niet zomaar kunnen worden ingezet, omdat mensen in Nederland nu eenmaal vrij te zijn om te werken waar ze willen. Het is volgens haar vanwege de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) ook niet mogelijk om mensen die deel uitmaken van de stille reserves gericht aan te schrijven met het verzoek om (weer) in het onderwijs te gaan werken. Bovendien wijst zij op de huidige krapte op de arbeidsmarkt, waarin verschillende sectoren elkaar beconcurreren. Voor het onderwijs is dit een grote uitdaging.
Wat wel kan helpen om mensen in het onderwijs te houden en nieuwe mensen aan te trekken, is goed strategisch personeelsbeleid, zo benadrukt de staatssecretaris. Ze noemt hierbij het wetsvoorstel Strategisch personeelsbeleid, dat tot doel heeft om professionele ontwikkeling te bevorderen en duurzame inzetbaarheid te vergroten.
‘Strategisch personeelsbeleid geeft invulling aan goed werkgeverschap en kan daarmee helpen de personeelstekorten in de sector te verminderen. Het streven is dat het wetsvoorstel voor de zomer van 2025 naar de Raad van State gaat’, aldus Paul.